reizen

Stedentrip Sevilla

Vorige week was ik (Erlinde) een paar dagen naar Sevilla. Mijn hardloopschoenen had ik meegenomen dus ik heb de stad al rennend gezien. Maar hardlopen was natuurlijk niet het enige wat ik daar deed. Misschien wil je dit jaar ook nog een stedentripje maken naar Sevilla, of ben je gewoon benieuwd naar deze mooie stad? Lees dan mee.

Vlucht

Met Ryan Air (budget, maar prima) vloog ik van Eindhoven naar Sevilla. Het fijne aan Eindhoven is dat het niet te ver weg is van Arnhem, niet te groot is en je er nog betaalbaar kan parkeren. De vlucht duurt ongeveer 2 uur en 40 minuten.

Naar de stad

Bij de luchthaven Sevilla kun je een taxi of de bus naar de stad nemen. Een taxi kost 28 euro, dat zijn vaste prijzen. De bus is een stuk goedkoper, 4 euro. Op de terugreis nam ik dan ook de bus. Daar kun je toch weer bijna een paar schoenen van kopen, nou ja, in ieder geval een paar slippers 😉

Heet

Sevilla is zo’n beetje de warmste stad van Europa. Vanaf juni wordt het echt warm, hoewel het vorige week nog best meeviel. In juli en augustus vluchten de meeste Sevillianen naar koelere oorden. Als je in de zomermaanden gaat is het aan te raden om een hotel of -via Airbnb bijvoorbeeld- een appartement met zwembad te nemen. Overigens had ik dat zelf niet en ook zonder zwembad had ik het fijn in het hotel.

 

Aire Hamman

Maar als het zo heet (40+ graden) is, dan is het wel prettig wat verkoeling te hebben en een strand is niet echt in de buurt, want  je doet er ongeveer 2 uur met de trein en 1,5 uur met de auto over. Wel is er een zwembad in Sevilla, maar dat ligt een stuk buiten het centrum. Wat ik zelf een aanrader vond is een bezoekje aan de Hamman Aire. In een prachtig oud pand aan de Calle de Aire is de Hamman te vinden. Je kunt er massages boeken, maar ook alleen gebruik maken van het bubbelbad en de warme en koude baden. De entreeprijs (€ 26) is prijzig, maar ik vond het het wel waard. De sfeer is echt geweldig, wat een mooi historisch gebouw! Ik kwam er helemaal tot rust.

PicMonkey Collage

Wat moet je zien in Sevilla?

Verder bezocht ik natuurlijk de belangrijkste bezienswaardigheden in Sevilla. De gigantische Kathedraal, Torre del Oro, de Spaanse plaats, Plaza de Toros, Barrio Santa Cruz enz. Ook vond ik de universiteit van Sevilla zo mooi. Als ik mijn studie over zou doen, dan zou ik zeker een jaartje in Sevilla willen studeren. Alleen al om die mooie universiteit. Bijzonder is de Metropol Parasol, een houten parasol die bij elkaar gehouden wordt met lijm, en waar je ook op kunt lopen. Het ziet eruit als een achtbaan voor voetgangers. En je hebt een mooi uitzicht over alle kanten van de stad. De entree is 3 euro.

Paleis

Wat ik zeker niet had willen missen is een bezoekje aan het Real Alcázar. Dit paleis wordt nog steeds gebruikt door de Spaanse koninklijke familie, en heeft de mooiste tuinen. Wat ook wel grappig is, is dat de HBO serie Games of Thrones het als set gebuikte tijdens de opnames van het 5e seizoen.

Running in the city

Als je in Sevilla wilt hardlopen, zoals ik deed, is het aan te raden om dat heel vroeg in de morgen te doen, of later op de avond, anders is het veel te warm. Het is leuk om in de parken te lopen, maar langs de rivier de Guadalquivir is misschien wel het allerfijnst. Er is voldoende ruimte en je hebt geen last van het verkeer. Je komt er behoorlijk wat sportieve Sevillianen tegen.

Shop!

Als je van Spaanse winkels zoals de Zara en de Mango houdt, dan is Sevilla een walhalla. (Yes, guilty, ik heb behoorlijk geshopt!). Ze hebben hier veel meer keus dan in Nederland. Verder is er een enorm warenhuis, de Corte Ingles. Hier kon ik de verleiding ook niet weerstaan kocht ik een hardloopbroekje en shirt van Adidas met climacontrol. Goed voor het Sevilliaanse klimaat en natuurlijk de komende hete zomer in Nederland.

Tapas, tapas, tapas!

Waar ik een heel blog over zou kunnen vullen-maar wat ik maar niet doe- is het eten in Sevilla. Als je wilt kun je de hele dag door en overal eten. Het ontbijt is niet heel uitgebreid, maar de lunch wel. Het diner is niet eerder dan 21 uur, maar tapas eten kan altijd. Het fijne aan Spanje is dat het eten eigenlijk altijd goed is. In tegenstelling tot de Fransen schotelen de Spanjaarden je gewoon geen rommel voor. Dus het maakt eigenlijk niet zoveel uit waar je gaat zitten.

Flamenco

En ten slotte zeg je Sevilla. Dan zeg je Flamenco. De typische dansstijl die door de zigeuners naar Sevilla is gebracht. Er zijn tig Flamenco shows te bekijken, maar er zijn ook een paar bars waar je gratis kunt kijken onder het genot Van een cerveza of een tinto verano (rode wijn met 7up en citroen). De bar die hier voor heel bekend is, is La Carboneri. Deze bar wordt in iedere reisgids getipt, en niet voor niets. Er hangt een goeie sfeer en de Flamenco is geweldig. Het eten schijnt hier iets minder goed te zijn, dus dat kun je dan beter ergens anders in één van de duizenden tapas bars doen.

Leave a Reply

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

twintig − vijf =